Fleskurken zijn gemaakt van de kurkeik, die vooral in Portugal en Spanje groeit. Deze twee landen produceren ongeveer 70% van de wereldproductie van kurk. Meer dan 80% van zijn capaciteit bestaat uit zuurstof en stikstof. Dankzij deze gassen kan kurk op bijna elke manier vrij worden geperst, waarna het terugkeert naar zijn oorspronkelijke vorm en grootte. Om die reden worden kurken geperst, in de hals van een fles geduwd en achtergelaten zodat ze weer hun natuurlijke vorm kunnen krijgen. Kurk laat trouwens geen vloeistoffen door. Het laat alleen een zeer langzame, delicate "wijnademhaling" toe, zodat het kan rijpen.
