De Lofoten-archipel in de Noorse Zee behoort tot Noorwegen. De eilanden Austvågøy, Vestvågøy, Moskenesøya en Flakstadøya zijn de grootste en ze zijn allemaal bergachtig. De mensen die op de Lofoten-eilanden wonen, verdienen hun brood met de visserij en de verwerking van kabeljauw en andere vis. De archipel trekt de laatste tijd toeristen aan die graag karakteristieke kleine huizen huren die rorbu (rorbuer) worden genoemd. De geschiedenis van deze houten gebouwen gaat terug tot de 12e eeuw. Ze waren gebouwd op palen, vlak bij de kustlijn, zodat ze de vissers zo goed mogelijk konden dienen. In de tweede helft van de 20e eeuw begonnen vakantiegangers met het huren van de traditionele rorbu, terwijl de huiseigenaren deze begonnen aan te passen aan de behoeften van de bezoekers. Tegenwoordig zijn rode huizen op palen, met witte kozijnen, deuren en daken het best herkenbare element van het landschap van de Lofoten.